Als ik op mijn Bernina 770QE ga werken, heb ik heel vaak een groot project onder handen. Niet alleen qua patchwork, maar zeker wat het quilten betreft. Ik quilt graag en veel, en dan bedoel ik ook echt heel veel! Dus geen grote vlakken ruim invullen met weinig quiltwerk, maar kleine stukken heel dicht quilten, bijna altijd freehand.

Voor het quilten van een grote quilt heb je veel garen nodig. Als bovengaren gebruik ik heel veel Tutti van WonderFil (100% katoen, gemêleerde kleuren): daar werk ik met grote klossen, die ‘lang’ mee gaan. Als ondergaren gebruik ik meestal DecoBob, ook van WonderFil. Er zijn kant-en-klare spoeltjes, met heel veel meters garen, maar die kan ik op mijn 770QE niet gebruiken: de spoeltjes voor deze machine zijn voor de 7-serie gemaakt en moeten allemaal apart voorzien worden van ondergaren. Dat betekent dus veel spoelen, wat ik altijd vantevoren doe, voordat ik aan een quiltproject begin.

De onderdraadspoel van de Bernina 7 serie (waar mijn machine toe behoort) van de B 9-grijper pakt 80% meer draad dan de standaardspoelen. Daardoor kan er met een volle spoel nog langer zonder onderbreking genaaid worden. En dat heb ik al meerdere keren gemerkt: het duurt lang voordat het ondergaren op is.

Een degelijke voorbereiding om lang te kunnen quilten loont de moeite. Zo ook bij het project waar ik nu aan bezig ben: een kleurrijk geheel, met acht verschillende kleuren Tutti, en vier kleuren DecoBob (sommige kleuren Tutti kunnen bij één kleur DecoBob gebruikt worden). Veel wisselen van kleuren dus, en ook van spoeltjes. Vandaar dat ik meerdere spoeltjes met hetzelfde ondergaren heb klaargelegd.

Tijdens het quilten merk ik al hoe prettig deze voorbereiding was. Ook al raakt een spoeltje leeg, ik pak direct de volgende (van dezelfde kleur) en kan verder gaan. Bijna geen onderbreking dus.

Nog even een handigheidje: bovenop het spoeltje zitten gaatjes. Daar haal ik het begin van de onderdraad altijd ruim doorheen, draai dan het spoeltje met de hand een aantal slagen om de houder en ga dan pas ‘automatisch’ spoelen. het voordeel hiervan is dat het begindraadje niet tussen de opgewonden draden kan komen – dat is mij bij dichte spoeltjes wel vaker overkomen: de begindraad zat helemaal verwikkeld tussen de opgewonden draden, met als gevolg dat het laatste deel garen van de spoel ‘in de war’ zat of ‘klem’. Voordat ik de spoel in de machine zet, knip ik het begindraadje tot aan de spoel zelf weg, zodat deze niet in de machine vast kan komen te zitten.

Waar ik aan bezig ben? Tja, dat is eigenlijk een geheim project: mijn wedstrijdquilt voor het OEQC, die van 20 t/m 23 oktober 2016 in het MECC in Maastricht gehouden wordt. Het thema is ’20′(vanwege het 20 jarig bestaan van dit evenement). Het heeft me veel denkwerk gekost, zeven ontwerpen gemaakt – de laatste is het geworden, en daar ben ik nu mee bezig (tussen alle andere quiltbezigheden door). Jullie zullen dus nog ‘even’ geduld moeten hebben voordat je de quilt kunt bekijken…

Quiltgroeten
Sylvia Kaptein