De spanning instellen voor een andere stof blijft heel belangrijk. Ga steeds een proeflapje maken, zodat de instelling van de machine correct is. Watervalhals op de L 460: 1 patroon en instellingen
De stof die ik gekozen heb is een heel soepele, dunne tricot. Een ‘Stoffenspektakel-vondst’, waarbij ik al blij werd van de bloemige kleuren. Verder gebruik ik Mettler Seralene op de overlock.
Om te bepalen of de stof stug hangt, of juist mooi doorvalt, laat ik die vanuit het midden over mijn wijsvinger vallen.
In dit bericht beschrijf ik de instelling van de lockmachine en het opmaken van het patroon en morgen gaat het verder over de afwerking van de watervalhals.
Het instellen van de overlock L 460:
Algemene info (tips en trucs over de fijnafstelling) over de overlock L 460 vind je in dit filmpje:
Omdat ik het hele T-shirt wil afwerken op de overlock L 460, gebruik ik de beide naalden.
Ik kies voor steek nr 8 op de overzichtskaart:
Ik start met het instellen van de rolzoomhevel: die moet helemaal vooruit (nr 30).
De mtc-draadcontroleknop gaat helemaal achteruit (nr 29).
De snijbreedte staat op 9mm, omdat ik graag een mooie, brede naadwaarde heb.
Hierbij maak ik een eerste proeflapje, ik laat de spanning van naalden en grijpers nog op de standaardinstelling staan, die ik steeds gebruik.
De bovenkant van de stof is het eerste proefje (waarbij de stof nog golft onder de grijperdraad) en onderaan zie je wat het geworden is na bijstellen.
De achterkant ziet er zo uit (bovenste naad is de eerste test, zonder de spanning te wijzigen):
Ik merkte dat de naad helemaal opgolfde in de grijpersteken (bovenkant). Daarom ging ik de instelling van boven- en ondergrijper wijzigen. De naalden laat ik zoals ze zijn, omdat dit toch een goede strakke naad moet worden.
Na wat wijzigen en bijstellen krijg ik met onderstaande nieuwe instellingen een goede naad (die zie je op bovenstaande foto’s aan de onderkant van het proeflapje).
Het aanpassen van het patroon voor de watervalhals:
Ik heb een goed basispatroon voor een T-shirt, helemaal op mijn eigen maat. Dit knip ik nu door tussen borstpunt en taillelijn. Hiermee ga ik aan de slag om eerstl middenvoor een flink stuk uit te schuiven. Ik start met het verdelen van middenvoornaad en schoudernaad in 7 delen. Waarom juist 7 delen? Dat was makkelijk, omdat de schoudernaad net 7 cm was 🙂 .
Ik knip die delen allemaal in tot bijna tegen de schoudernaad, leg ze mooi uitgewaaierd op patroonpapier en teken het patroondeel opnieuw uit. de middenvoornaad is nu 39 cm geworden. De schoudernaad teken ik opnieuw recht. Ook de lijn tussen hoekpunt schouder en middenvoor (waar mijn potlood ligt), teken ik recht:
Het nieuwe patroondeel knip ik uit. Dit openschuiven herhaal ik nog eens, waarbij ik ga inknippen vanaf de schoudernaad. Nu verdeel ik de schoudernaad in ongeveer gelijke delen, en teken de lijnen op de bovenste helft van de nieuwe middenvoorlijn. De schoudernaad is nu 28 cm geworden.
Het nieuwe patroondeel moet weer afgetekend worden. Ik buig de halslijn en de aanleglijn voor de onderkant van het voorpand nog wat gebogen af, omdat het me beter lijkt.
Benieuwd hoe het er zal uitzien…
Tot zover het eerste deel ‘Watervalhals op de L 460: 1 patroon en instellingen’. Over de afwerking van de hals schrijf ik een apart berichtje. Dat komt er morgen al aan 🙂 .
gaan ik zeker eens uitproberen en verlengen voor een jurk. Thx
De moeite om te doen, hoor, ik ben tevreden! Nu ben ik ook van plan om nog meer patroonwijzigingen uit te proberen. Vastberaden 🙂