BERNINA Corporate Blog –
Een echt project voor Pasen is een ‘paper piecing ei in de lente’. En doordat je met kleine stukjes stof werkt, uiteraard ook een perfect upcycling project van restjes.
Ik had vroeger al projecten paper piecing gezien en filmpjes bekeken. Ik vond het fascinerend en wilde ook aan de slag gaan. Dat ik graag allerlei technieken en methodes zelf uitprobeer, las je al in dit blogbericht, waarin ik me mocht voorstellen. En zo ging ik nu op zoek naar informatie, die ik graag met jullie deel.
De basis voor paper piecing bestaat in het stikken van lapjes stof, patchwork dus, maar typisch stik je hier rechtstreeks op het papieren patroon. Zo heb je altijd nette lijnen en hoekjes. Het wordt je snel duidelijk hoe het in zijn werk gaat.
Het patroon werd opgemaakt in CorelDRAW, het technisch tekenprogramma, dat met de Borduursoftware 8 geïnstalleerd wordt op de pc.
Benodigdheden voor dit ‘paper piecing ei in de lente’:
- Restjes stof: geel/oranje voor het ei ( 18 x 24 cm) en samen passend groen voor de rand (2 stoffen elk 25 cm x 140 cm).
- Lichte fiberfill/wattine (45 x 45 cm per project)
- Lichte katoenen stof voor onder de fiberfill (tip: perfect hergebruik van een oud laken 🙂 )
- Stof voor de achterkant van de placemat (45 x 45 cm).
- 1.8 m biaisband van 4 cm breed (af te werken met biaisbandapparaat 87, breedte 25 mm).
- Mettler Seralon naaigaren in bijpassende kleur.
- Een snijmat, meetlat en rolmes zijn nuttig, (evenals een speciale lat voor paper piecing: die beschrijf ik hieronder).
- BERNINA 740
- Linialen voor rulerwork
- Patroon Paasei Easter egg 2021
De speciale lat voor paper piecing heeft een opstaand boordje van 8 mm. Op de foto is dit een bronskleurig randje. Doordat het een relief heeft, plaats je het gemakkelijk tegen het gevouwen papier, zodat je snel de naadwaarde kunt afsnijden met het rolmes.
Dit is een handig werktuig, maar niet onontbeerlijk.
We gaan aan de slag:
Download het patroon. Stel je printer in op ‘poster’, ‘100%’, ‘snijmarkeringen aan’. Het komt in 4 A4 bladen, die je aan elkaar moet kleven.
Zie je dat dit patroon in spiegelbeeld staat? Het komt omdat je door het papier stikt. Die kant wordt dan de achterkant van je project. Je merkt snel hoe het gaat.
Het is makkelijker wanneer je de lijnen van het patroon ook op de andere zijde van het patroon overneemt. Dit kan gemakkelijk door tegen een venster te kleven en met potlood over te tekenen.
Om te starten leg je vooreerst de geel-oranje stof op de achterkant van het patroon (verkeerde kant stof tegen het papier), zodat de eivorm volledig bedekt is (en er rondom 1 cm blijft als naadwaarde).
Speld de stof op het papier en stik op de bedrukte kant van het patroon door op de eivorm.
Met de Patchworkvoet #97 heb je perfect zicht op het stikken.
Volg de lijn met een patchworkvoet.
Wanneer de volledige eivorm gestikt is, ga je de naadwaarde bijsnijden.
Vouw hiervoor opeenvolgend elke rechte lijn van de rand van het ei over naar het midden. Door tegen een kartonnetje te vouwen, krijg je een mooi rechte en scherpe vouw (op de foto een spiegelbeeldvariant van het uiteindelijke patroon).
Door langs een kartonnetje te vouwen, krijg je een scherpe vouw.
Zo zie je de naadwaarde liggen (goede kant van de stof naar beneden, vouw patroon naar je toe). Snijd met de lat voor paper piecing en rolmes de overtollige naadwaarde weg. Gebruik eventueel een meetlat.
Snijd de overtollige stof weg en behoud de naadwaarde, langs de rand van de lat:
Snijd met het rolmes de overtollige stof weg.
Dit is wat rest: de naadwaarde 8 mm.
Een naadwaarde van 8 mm.
Het echte stikken met de paper piecing methode.
Plaats de stof voor vlakje 1 op de geel-oranje stof (goede kanten tegen elkaar). Leg hierbij een rechte kant tegen de naadwaarde. Steek een speld door de lijn voor de naad (tussen ei en vlakje 1) en controleer of het vlakje 1 na omvouwen op de stiklijn volledig bedekt is, inclusief een naadwaarde van 1 cm.
De rode streeplijn toont waar de naad straks komt.
Verminder de steeklengte tot 1,75. Dit helpt om achteraf het papier weg te scheuren.
Stik de naad exact van hoekpunt tot hoekpunt. Hiervoor stik je op de bedrukte kant van het papier, waar je alle lijnen goed ziet staan.
Stik het naadje exact van hoekpunt tot hoekpunt.
Vouw het stofje voor vlak 1 om en strijk de naad goed in.
Herhaal nu de stap van het wegsnijden van de naadwaarde door het papier op de stiklijn om te vouwen.
Vouw nu vervolgens ook het patroon op de stiklijn tussen vlak 1 en 2 en snijd de naadwaarde van vlak 1 weg op die lijn. Dit helpt je om het volgende stofje (dus voor vlak 2) te positioneren.
Helaas vergat ik hier een foto van te nemen.
Je vervolgt nu met het plaatsen van de stof voor vlak 2, speld en controleer en stik.
Zo herhaal je deze stappen voor alle vlakken tot je klaar bent.
Alle delen zijn gestikt en klaar voor de verdere afwerking. Dit is weer een foto van de eerste placemat die ik stikte, spiegelbeeld aan de tweede.
In een volgend blogbericht paper piecing ei in de lente (2) gaan we verder met de afwerking. Vind jij paper piecing ook een leuke methode om nette hoekjes te stikken bij schuine lijnen?
Deel gerust dit ideetje met andere naaisters. Deel het via het blogbericht, zodat de werkbeschrijving meteen ook beschikbaar is, liever dan enkel het borduurbestand te delen.
0 reacties